Begin 2022 is Harm Jan Schenkel aangetreden als dirigent van Inspiration. Harm Jan (41 jaar) is getrouwd, heeft een dochter van 4 jaar en woont in Puttershoek. ‘Muziekmaker’, staat er op zijn LinkedIn profiel. Hij blijkt een veelzijdig man.

Harm Jan, vertel! Hoe ben je bij Inspiration terecht gekomen?
“Ik was als dirigent aan een koor verbonden dat – helaas – ophield te bestaan. Dat koor had vanwege corona voor lange tijd de repetities en optredens moeten stilleggen. Toen ‘het weer kon’ bleken teveel leden te zijn afgehaakt en was het koor niet langer levensvatbaar. Dus had ik ineens de woensdagavond tot m’n beschikking. En Inspiration zocht een dirigent voor de woensdagavond. Voilà. Er was daarnaast trouwens ook een popkoor dat een beroep op mij deed. Maar nadat ik eenmaal een proefavond bij Inspiration had gedraaid, was de keuze tussen dat koor en jullie snel gemaakt. Inspiration maakt muziek met een onderliggende boodschap (gospel) en dat heeft voor mij echt een meerwaarde. Die gemeenschappelijke basis spreekt me aan. Net als de onderlinge saamhorigheid en de gezelligheid. Je merkt bij Inspiration aan alles de betrokkenheid op elkaar. Ik vind jullie gewoon een hartstikke leuk koor.”
We zingen vierstemmig… vooralsnog….
“Ik begrijp waar je op doelt. Met maar twee tenoren (waarvan één vrouwelijke) en drie bassen is de mannelijke vertegenwoordiging binnen Inspiration erg magertjes. Dat is overigens een algemene trend, die ik bij mijn andere koren en in de hele koren branche terugzie. Heren blijken over het algemeen een stuk minder te porren voor een wekelijks avondje zingen met elkaar. Zo jammer, want het meedoen met een koor is zoveel meer dan alleen goed voor je gezondheid. Namelijk plezier, energie en kameraadschap onder elkaar. En met je stem zingen in een groep is de meeste pure vorm van muziek maken die er bestaat. Ik hoop dan ook dat we het tij kunnen keren. Bijna net zoveel mannen als vrouwen bij Inspiration, daar zou ik voor willen gaan!”
Als je niet druk bent met het dirigeren van Inspiration, waar houd je je dan mee bezig?
“In het kort: muziek maken. Als in: componeren. Daar ben ik wel een paar dagen per week mee bezig. Daarnaast dirigeer ik bij gospelkoor Share én heb ik een eigen koor, Papaya. En ik zou ook nog heel graag een (blaas)orkest dirigeren. Hopelijk komt dat nog een keer op m’n pad.
Verder geef ik workshops en trainingen op het gebied van teambuilding, communicatie en dergelijke. En o ja, ik heb een eigen solo-voorstelling, genaamd AMUSE. Dat kwam zo. Men zei regelmatig tegen mij: geef eens een orgelconcert. Maar ik wilde niet organist nummer 336 zijn. Wat ik wel wilde, was de dingen die ik het liefste doe combineren in een voorstelling. Daar kwam een rode draad uit: ‘Stap in de wereld van de hedendaagse componist’: een combi van cabaret, college en concert. Ik geef deze solo-voorsteling af te toe, voornamelijk op uitnodiging.”
Vertel eens, hoe kwam je ‘van nul tot nu’?
“Muziek is mij met de paplepel ingegoten. Ik kom uit een muzikaal gezin en ben de jongste van vijf kinderen. Mijn moeder speelde piano, mijn vader orgel en veel van mijn broers en zussen bespelen ook een muziekinstrument. Mijn eerste muzikale kennismaking was met de hobo, toen ik zeven jaar oud was. Ik had voor mijn leeftijd nogal grote handen en een grote mond, fysiek gezien dan, dus daardoor kon ik er vroeg bij zijn. Twee jaar later kwam daar orgelles bij. Elke zondagavond was het bij ons thuis muziekavond en en zongen en speelden wij als gezin met elkaar. Ik heb daar warme herinneringen aan.”
“Nadat ik het VWO had afgerond, startte ik in Delft de studie Industrieel Ontwerpen. Toen werd ik gevraagd als pianist bij een gospelkoor. De dirigent daar zag wel wat in mij. En ik dacht: wow, dirigeren, wat een mooi vak! Ik had altijd al veel interesse gehad in het ‘inspireren van mensen’ en dirigeren bleek voor mij een heel natuurlijke manier van communiceren. Hoewel ik hier (nog) geen ervaring in had vond ik een koor dat mij wel als dirigent wilde aannemen en… het lukte!”
“Zo begon muziek tijdens mijn studie een steeds grotere rol te spelen en tijdens het afstuderen viel ineens bij mij het kwartje. ‘Het is nu of nooit, Harm Jan’, dacht ik bij mezelf. ‘Als je ooit nog eens professioneel voor de muziek wilt gaan, is nú het moment!’. Ik waagde de sprong en startte alsnog op het conservatorium. Dat heb ik afgerond en nu heb ik dus eigenlijk twee titels op zak. Het verschil tussen die twee studies is overigens minder groot dan je zo op het eerste oog zou denken. Als industrieel ontwerper leer je bijvoorbeeld om een koffiezetapparaat te ontwerpen. Dat hele proces, vanaf ‘hoe zit de markt van koffiezetapparaten in elkaar’ tot en met ‘de aftersales nadat je een koffiezetapparaat hebt verkocht’ heeft veel overeenkomsten met het componeren van een muziekstuk, waarbij je begint met ‘wat is waar voor wie en wanneer nodig’ en je eindigt met anderen (musici) die weer anderen (het publiek) laten horen wat jij in eerste instantie alleen in je hoofd hoorde. Terugkijkend heb ik geen seconde spijt gehad van mijn ommezwaai. Want muziek maken… dat is nu eenmaal wat ik het allerliefste doe.”
Interview door Erna Quant (enthousiast koorlid) – april 2022